Geschiedenis

De naam komt als eerst voor in een oorkonde van het Kapittel van Sint Marie te Utrecht, in 1266 en 1267. Het dorp is rond 1000 gesticht als nederzetting. Waarschijnlijk is het vernoemd naar een stuk land genaamd het Meer, dat vlak bij een kerk lag. De kerk in Meerkerk werd gebouwd rond 1400. In 1828 is deze afgebrand en weer opnieuw opgebouwd. Rond 1418 heersten de Heeren van Brederode over het gebied. Zij bestuurden het land als een soevereine heerlijkheid. Tussen de Brederodes en de Van Arkels werd soms strijd geleverd, waarbij ook Meerkerk betrokken was.

In 1886 wordt het Merwedekanaal gegraven langs Meerkerk. Dit kanaal was een onderdeel van een de zogenaamde Amsterdam-Gorinchem route. Dit kanaal wordt nog steeds druk bevaren. De oude draaibruggen die Meerkerk rijk was zijn vervangen door moderne ophaalbruggen. Eén van de laatste scheepjesbruggen van Nederland was ook nog in Meerkerk te vinden. Deze brug is nu een museumstuk in Rotterdam. In Meerkerk staat een Hervormde Kerk, met gotische koor uit de 15e eeuw. Monumentaal is de hofstede (1640) aan de Zouwendijk

De Zouwendijk is gelegen aan een moerasachtig gebied, genaamd de Zouwes. Hier doorheen loopt een klein riviertje de Zederik. De gemeente is hier naar vernoemd. In Meerkerk ligt nog een kleine sluis, de Zederiksluis.

Meerkerk was ook een onderdeel van een grote weg die door het dorp liep. Deze weg maakte deel uit van de route Parijs-Amsterdam en werd aangelegd door Napoleon. Het verhaal gaat dat Napoleon op één van zijn reizen in Meerkerk heeft overnacht

Een impressie van Meerkerk zoals het vroeger was.